Wat is Beroepsgerelateerde ILD?
Beroepsgerelateerde longziekten zijn longaandoeningen die ontstaan door stoffen waaraan men tijdens het werk wordt blootgesteld. Stofblootstelling in de werksfeer kan globaal gezien een aantal verschillende longziektes veroorzaken. Ook kan dit zorgen voor verslechtering van al bestaande longziekten, zoals COPD, (beroeps)astma, asbestkanker en beroepsgerelateerde interstitiële longziekten. Bij COPD en astma kan er door werkgerelateerde blootstellling schade en irritatie aan de luchtwegen ontstaan. Bij asbestkanker ontstaat er mogelijk jaren na blootstelling aan asbest, kanker van het longvlies. Van beroepsgerelateerde interstitiële longziekten is sprake wanneer er schade in de ruimte tussen de longblaasjes en de bloedbaan ontstaat. Deze ruimte wordt het interstitium genoemd. Als er een ziekte is in dit gedeelte van de long dan wordt dit een interstitiële longziekte genoemd.
Voorbeelden van beroepsgerelateerde interstitiële longziekten?
Extrinsieke allergische alveolitis (EAA):
Bij deze aandoening ontstaat een ontsteking van de longblaasjes door een allergische reactie op ingeademde stoffen. Voorbeelden van deze stoffen in de werksfeer zijn oa schimmels, organisch materiaal en synthetische materialen. Een concreet voorbeeld is de boerenlong. Bij dit ziektebeeld ontstaat er een EAA door het herhaaldelijk inademen van organisch stof op de boerderij. De champignonkwekerslong wordt veroorzaakt door het herhaaldelijk inademen van fijne champignondeeltjes (sporen).
Pneumoconiosen (stoflong):
Dit is een longaandoeningen waarbij een littekenweefsel in het interstitium ontstaat door het herhaaldelijk en langdurig inademen van anorganische stoffen en wordt ook wel de stoflong genoemd. Voorbeelden van deze stoffen zijn silica en asbest. Silica wordt ook wel kwarts genoemd. Deze stof wordt onder andere veel in bouwmaterialen zoals cement toegepast. Bij het slijpen en verwerken van dit materiaal en het herhaaldelijk inademen van deze deeltjes lijdt dit uiteindelijk tot litteken vorming in de long. Dit ziektebeeld wordt ook wel ‘silicose’ genoemd. Een ander voorbeeld is asbest. Asbest kan asbestkanker veroorzaken, maar het chronisch inademen van astbestdeeltjes kan ook leiden tot de vorming van littekens in de long. Dit wordt ook wel ‘asbestose’ genoemd.
Hoe wordt de diagnose van beroepsgerelateerde interstitiële longziekten gesteld?
Bij het vaststellen van interstitiële longziekten wordt er altijd longfunctie- en röntgenonderzoek verricht. Verder is van belang dat er een duidelijke relatie is met de gevonden afwijkingen en het werk wat de patiënt heeft verricht. Ook moet er worden gekeken of er geen andere verklaring is voor de interstitiële longziekten.
Wat zijn de symptomen?
Extrinsieke allergische alveolitis (EAA):
De EAA valt onder te verdelen in een acute vorm en een meer chronische vorm. Bij de acute vorm kunnen de klachten lijken op een acute infectie. Daarbij staan de klachten van acuut ontstaan van kortademigheid, hoest en verhoging op de voorgrond. Bij de chronische vorm is er sprake van geleidelijke toename van kortademigheid bij inspanning wel of niet gecombineerd met hoestklachten. De snelheid waarin de kortademigheid toeneemt kan erg variëren van patiënt tot patiënt.
Pneumoconiosen (stoflong):
Bij dit ziektebeeld staat vooral de geleidelijke toename van kortademigheid bij inspanning op de voorgrond.
De behandeling van Beroepsgerelateerde ILD
Extrinsieke allergische alveolitis (EAA):
Bij de acute vorm is het allerbelangrijkst om contact met de stof die de EAA veroorzaakt te vermijden. Maar als het om iemands beroep gaat, is dat niet altijd even makkelijk. Soms is extra behandeling met ontstekingsremmers nodig. Bij de chronische vorm dient ook contact met de stof die de EAA veroorzaakt vermeden te worden en kunnen er verschillende ontstekingsremmers worden gegeven. Als dit niet helpt kunnen er ook littekenremmers worden gegeven.
Pneumoconiosen (stoflong):
Doel van de behandeling is met name om verdere achteruitgang van de longfunctie tegen te gaan. De littekens die er al zijn kunnen niet worden genezen. Belangrijk hierbij is om verdere blootstelling aan de schadelijke stoffen te stoppen. Daarnaast kunnen er aanvullende ondersteunende medicijnen worden gegeven. En is stoppen met roken en fysiotherapie van essentieel belang.